uitrusting Franse soldaat

Het horizonblauwe uniform van 1915 met soldatenpas en een handgemaakte (door soldaten zelf) stok. De Franse soldaten hadden om de hals een identificatieplaatje zodat bij sneuvelen direct de familie in kennis gesteld kan worden.

De Adrian helm: ontwikkeld door de militaire ingenieur Adrian. Werd in september al toegepast en daarna ook in het gehele Franse, in het Belgische, het Russische, Servische en het Tjechische leger.

De koloneale troepen en het vreemdelingen legioen droegen mosterd gekleurde helmen.

Het Lebel geweer (model 1886 M 93) met visier waarmee het Franse leger vanaf 1886 tot 1935 was uitgerust (kaliber: 8 mm, 21 schoten per minuut met een enkele patroon lading).

De Franse soldaat in 1914.

In 1914 zag de Franse soldaat er bijna gelijk uit als in de oorlog van 1870. Door de scharlaken broeken vielen de soldaten direct op en de afwezigheid van helmen gaven weer dat men nog weinig notie had genomen van de vuurkracht van machinegeweren en artillerie. In 1914 leden de Fransen ook hun grootste verliezen.

In het begin van de oorlog was de primaire militaire figuur de voetsoldaat of infanterist en het belangrijkste wapen was het geweer. 70% van de troepen in die tijd dienden bij de infanterie vergeleken met 50% aan het einde van de oorlog.

Ondanks beter gebruik van de spoorwegen was gemotoriseerd vervoer zeldzaam: het bewegen van de infanterie in 1914, meestal van boerenafkomst, ging altijd te voet. De logistiek ging uit van een uitrusting van 8 kg per persoon, vergeleken met 30 kg in 1918.

Verdere uitrusting van de Franse soldaat:(zie hiernaast)

Een handgranaatvest, diverse handgranaten, materiaal om te werpen of gooien van oa handgranaten.