nieuwpoort met sluizencomplex en waterlinie bij de yzer
Uit onderstaande tekeningen en foto's van het sluizengebied met de daarop drainerende kanalen blijkt dat de waterhuishouding in dit gebied een ingewikkelde zaak was waarbij maar enkelen goed op de hoogte waren welke sluis te openen en hoe.
Het prins Albert 1 monument
Vanaf het monument heeft men een goed uitzicht over de "ganzenpoot" waar 3 scheepvaartkanalen en 3 afwateringskanalen samenkomen.
Door middel van manipuleren met het sluissysteem werd de frontsector tussen Nieuwpoort en Diksmuide onder water gezet als een soort "Hollandse waterlinie" waarmee de doorgang voor de Duitsers richting Calais en Duinkerken werd voorkomen en mogelijk van beslissende betekenis is geweest voor het verdere verloop.
Het onder water zetten van het gebied van de Ijzer.
Op 9 oktober viel de vesting Antwerpen in Duitse handen en daarna trokken de Belgen met wat geallieerden zich terug achter de Ijzer en rond Ieper.
18 oktober: Duitsers naderen de Ijzer, Nieuwpoort wordt voor het eerst beschoten.
19 oktober: Duitsers veroveren Lombardsijde en Keiem ten noorden van Nieuwpoort.
20 oktober: De palingbrug (lag ongeveer bij het koning Albert monument) vlak bij de sluizen blijft behouden
21 oktober: men overweegt het toegangsgebied van het sluizencomplex te inunderen, echter de militairen zijn niet op de hoogte van het hydrografische systeem, de betreffende ambtenaren zijn gevlucht. Hierbij komt de oud binnen schipper Hendrik Geeraerts te hulp, hij had er met een korporaal over gesproken die zijn meerderen inlichtte. De sluis op de Kreek (zie tekening Ganzepoot, boven) werd geopend en er komt zo een klein gebied onder water te staan tussen Nieuwpoort en St Joris waardoor de Duitsers worden tegen gehouden. Echter dit was niet voldoende.
22 oktober: Duitsers steken bij Tervaete de Ijzer over, zie aldaar.
24 oktober: Duitsers nadern de spoorbaan Nieuwpoort Diksmuide (frontzate), ze hebben nu al 2 divisies over de Ijzer. Het gebied is nu nog droog.
25 oktober: De Belgische kapitein Prudent Nuyten stelde voor om een groter gebied onder water te zetten. Dit moest besproken worden met Koning Albert die in Veurne zat. Advies gevraagd aan de sluismeester Karel Cogge van de waterkering in Veurne. Dit zou mogelijk zijn maar dan moeten eerst alle 22 doorgangen van de spoorbaan (Frontzate) worden gesloten, om zodoende de Belgische verdedigers droog te houden, met dit werk wordt direct begonnen.
26 oktober: De Franse troepen geven het sluiscomplex min of meer vrij, de brug over het kanaal naar Veurne wordt opgeblazen en het sluizencomplex komt daarmee in een niemandsland te liggen waardoor de bediening van de sluizen een stuk lastiger werd en aanvankelijk vond men het te gevaarlijk om bij de spuisluis van de Noordvaart (Veurne Ambacht) te komen (zie op figuur hiernaast: nr 6/7) en als alternatief werd bij Kattesas (nr 1) de Spaanse sluis open gezet (nacht van 27 op 27 oktober), doch deze werd door de druk van het water direct weer naar binnen gedrukt.
27-28 oktober: in de nacht worden sluisdeuren opnieuw geopend en het water dringt het oude kanaal van Veure (nr 2) in. Bij een 2e vloed loopt het water ook naar de Noordvaart maar het resultaat is nog gering.
De Duitsers zaten ondertussen al in Ramskapelle.
29 oktober: ook een 3e vloed geeft nog weinig verhoging van de waterstand.
Het was weer de oud binnenschipper Geeraerts die voorstelde om de schuifdeuren van de Noordvaart (nr 7) te openen. Hij gaat mee met de kapitein Umé en de korporaal Ballon, en verder met nog 2 soldaten. Ze gaan via de sluisdeur van het kanaal Nieuwpoort Veurne over (de brug was opgeblazen), en kwamen bij de schuifdeuren. men bevindt zich dan in een soort niemandsland! Geeraerts weet de bedieningskrukken in het struikgewas te vinden en is in staat de schuifdeuren te openen. Te 21 uur is het hoogtij en het water loopt de vlakte binnen. Bij eb worden de schuifdeuren weer gesloten (zie foto boven Noordvaart of Veurne Ambacht).
30 oktober: De Duitsers bevinden zich dan al in Pervijze en Ramskapelle, en nagenoeg over de spoorbaan. Dan merken ze dat de grond drassig aan het worden is, het water stijgt en ze (de Duitsers) zijn gedwongen weer terug te keren achter de Ijzer. Als s’ avonds de vloed weer op komt gaan de schuifdeuren weer open.
Daarmee worden de Duitse pogingen om hier door te breken opgegeven en een volgende poging werd gedaan rond Ieper (1e slag bij Ieper).
Gedurende de hele oorlog is het sluizencomplex gebruikt om het gebied gedoseerd onder water te houden.